Auteurs en componisten zijn in de muziekindustrie even belangrijk als artiesten en muzikanten. Een hit is niet aan een van de twee toe te schrijven, beiden spelen hun rol in het geheel. Juist daarom voelt het zo oneerlijk dat songwriters er bij de verdeling van de streamingroyalty’s zo bekaaid van afkomen, vergeleken met hun uitvoerende collega’s. Vooral schrijvers roeren zich de laatste tijd dan ook weer erg, met als insteek, kort door de bocht: ‘Spotify moet meer aan songwriters gaan betalen’. Hoewel ik het daar in de kern mee eens ben, denk ik dat dat, zo geformuleerd, geen haalbare kaart is. Naar mijn mening moet de verdeling van de streaminginkomsten volledig op de schop, waarbij transparantie, draagvlak en toekomstgerichtheid de uitgangspunten moeten zijn. Inderdaad, ik kies voor de moeilijke weg. Omdat het de enige bestendige weg is.
Aanleiding
Ik begin even kort – en expres zonder al te veel ingewikkelde details – met de voornaamste reden waardoor de discussie afgelopen week weer oplaaide. In het voorjaar van 2019 startten streamingdiensten Spotify, Amazon, Apple, YouTube en Pandora een procedure in de Verenigde Staten. Daar had de Copyright Royalty Board een jaar eerder bepaald dat de aan songwriters uit te betalen royalty’s moesten worden verhoogd, en dat voornemen wilden de diensten laten terugdraaien. Fast forward naar najaar 2021: vorige week werd bekend dat de National Music Publishers’ Association namens muziekuitgevers en -auteurs vraagt om de oude tarieven met grofweg een derde te verhogen, terwijl NMPA-president en -ceo David Israelite claimt dat de streamingdiensten juist pleiten voor een verlaging van de royalty’s, die daarmee zouden uitkomen op ‘de laagste tarieven ooit’. Als dat waar is (de stukken waarop Israelite zich baseert zijn niet openbaar), is dat geen beste beurt voor de streamers. Die hebben de afgelopen jaren immers wel stappen gezet om auteurs beter zichtbaar te maken op hun platformen, maar als daar dit tegenover staat, lijkt dat veel op ‘links lullen, rechts zakken vullen’. Logisch dus dat dat wrevel wekt.
Gedeelde meningen
Met naar elkaar wijzen gaan we het probleem echter niet oplossen. Het is duidelijk op welke punten de wensen en belangen van de verschillende partijen uit elkaar liggen. Maar wat nu als we eens zouden uitgaan van de dingen waarover iedereen het wel eens is? Zoals bijvoorbeeld:
- Streaming is een blijvertje
- Muziekindustrie en streamingdiensten zijn van elkaar afhankelijk: zonder licenties kunnen/mogen streamingdiensten geen muziek aanbieden, en zonder streaming rest de muziekindustrie een zieltogend bestaan
- Met de audiostreamingdiensten is een fee van zo’n 30% overeengekomen. Ze keren dus 70% van hun netto opbrengsten uit aan rechthebbenden
- Songwriters krijgen van die 70% een kleiner deel dan uitvoerende artiesten (in 2019 was dit 13% vs. 57%)
- Componisten en artiesten hebben er recht op om te weten hoe de aan hen uitgekeerde bedragen tot stand komen
- Het is een utopie om te denken dat iedereen die muziek aanbiedt (al dan niet op streamingdiensten), daarmee een goede boterham kan verdienen
Allemaal feitelijke, waardevrije constateringen, toch? En bij elkaar opgeteld meer dan genoeg redenen om er als betrokken partijen samen goed uit te willen komen, lijkt mij. Maar hoe dan?
Langetermijndenken
Als de belangen zo groot (en verdeeld) zijn en de materie zo complex, rest alleen nog ‘out of the box’ denken. Dus eerst het doel bepalen (dat lijkt me duidelijk: een verdeling van de inkomsten uit streaming die voor alle betrokkenen helder en eerlijk is), vervolgens kijken wat de gewenste weg naar het doel is, en pas in laatste instantie eventuele beren op die weg onderkennen, met het heilige voornemen om die te elimineren. Alleen als iedereen het doel centraal stelt en bereid is daarvoor concessies te doen, komen we ergens. Wie het streamingmodel wil opblazen of groepen rechthebbenden van zich vervreemdt, levert geen constructieve bijdrage. Sterker: die schiet zichzelf in de voet.
Tweetrapsraket
Met betrekking tot de weg naar het ultieme doel toe, denk ik dat twee stappen nodig zijn:
- Wat de eerste stap betreft: ik sta nog steeds volledig achter mijn eerdere betoog dat streamingdiensten moeten gaan uitbetalen op basis van luistergedrag. Na het schrijven van dat stuk kreeg ik meerdere opmerkingen dat dit een dure oplossing zou zijn, die bovendien weinig verandert aan wie precies hoeveel krijgt. Ik heb geen zicht op die kosten en waar die dan precies in zouden zitten, maar zie dit als een eenmalige investering in een nieuw systeem. Een systeem dat als groot voordeel heeft dat het volslagen transparant is. Je kunt als rechthebbende als het ware op basis van het aantal streams uitrekenen hoeveel geld je kunt verwachten. Zelfs als dat bedrag precies even hoog zou uitvallen als in het huidige systeem, is die transparantie veel waard. Je koopt er als platform (en als industrie) vertrouwen mee. Vertrouwen dat essentieel is bij zoiets ongrijpbaars als streaming, en dat nu – zowel bij rechthebbende als consument – ontbreekt doordat het huidige systeem niet uit te leggen is en daardoor willekeurig lijkt. Een mooie en belangrijke bijvangst van zo’n ‘user-centric’ systeem is, dat het bepaalde vormen van fraude/manipulatie tegenwerkt. Deze eerste stap zou je kunnen zien als een handreiking vanuit de streamingdiensten
- Daar moet natuurlijk een stap vanuit de rechthebbenden tegenover staan, en ik zal niet ontkennen dat dat een spannende is…
Ik ga even uit van de huidige situatie, waarbij met de streamingdiensten een fee van zo’n 30% afgesproken is en er (na aftrek van BTW) dus nog 70% te verdelen valt. Dat lijkt me niet onredelijk; muziekwinkels maken ook marge bij verkoop. Je mag natuurlijk wat vinden van hoe de platformen hun 30% besteden (naar verluidt aan hoge salarissen en dure kantoorpanden op AAA-locaties, naast heel veel ontwikkeling en marketing), maar eerlijk is eerlijk: dat is niet jouw pakkie-an.
Blijft als gegeven over: 70% van de omzet, te verdelen onder songwriters en uitgevers enerzijds en artiesten en labels anderzijds. Het bepalen van de verdeelsleutel lijkt me niet iets wat je ook maar ten dele bij de streamingdiensten moet neerleggen. Dat zouden de rechthebbenden onderling moeten uitonderhandelen, vind ik. De rol en toegevoegde waarde die uitgevers en labels tegenwoordig voor hun songwriters en artiesten hebben, kan in die discussies weleens een belangrijke rol spelen. Voor mijn gevoel zou de uitkomst van die onderhandelingen een hamerstuk moeten zijn. Zoals ik in de inleiding al schreef, zijn auteurs en componisten in de muziekindustrie even belangrijk als artiesten en muzikanten. Ze kunnen ook niet zonder elkaar. Een 50/50-verdeling van de royalty’s lijkt dan ook niet meer dan fair. But that’s only me. Ik ben heel benieuwd welke percentages tijdens die gesprekken daadwerkelijk zouden worden geopperd. Dat biedt pas transparantie over hoe de verschillende belanghebbende partijen elkaars belang in de keten inschatten
Metadatabase
Ondertussen moet de industrie, als die zich bij de streamingdiensten beklaagt over onjuiste doorbetaling, ook de hand in eigen boezem steken. Een deel van de omzet komt niet bij de juiste rechthebbenden terecht doordat accurate metadata ontbreken. De oplossing daarvoor zou zijn, dat alle betrokkenen werken met één systeem, gevuld met data die rechtstreeks van de bron komt, in een vroeg stadium verzameld is, compleet is, geverifieerd is en bij alle rechthebbenden identiek is. Verschillende partijen hebben de afgelopen jaren al gewerkt aan de ontwikkeling van hun eigen database (daar gaat het al mis), maar zelfs zij krijgen onderling de neuzen niet dezelfde kant op. Goed nieuws is wel, dat recente wetgeving in de VS onlangs heeft gezorgd voor de oprichting van de Mechanical Licensing Collective, een database die door iedereen (ook commerciële initiatieven) geraadpleegd kan worden. Maar het tijdig en volledig vullen van zo’n informatiebank blijft natuurlijk mensenwerk…
Er is dus nog een hele weg te gaan, en ik zeg niet dat die niet bochtig en hobbelig zal zijn, maar het is wel hoog tijd om de eerste stap te zetten.