Ruim zeven maanden na de aankondiging heeft Universal Music Group op dinsdag 21 september zijn beursgang gemaakt op Euronext Amsterdam. Moederbedrijf Vivendi verkocht hierbij 60% van haar aandelen in de muziekmaatschappij; het behoudt 10%, terwijl 20% al in handen was gekomen van een consortium rondom het Chinese technologiebedrijf Tencent en 10% recentelijk werd verkocht aan investeerder Pershing Square Holdings. Die beursgang is een belangrijk moment. Universal is immers ’s werelds grootste muziekbedrijf, dus de waardering van dit bedrijf zegt iets over het vertrouwen van beleggers in de hele muziekindustrie.
Lucratieve beursgang
Als we hierop afgaan, lijkt het met (het vertrouwen in) de toekomst van de muziekindustrie wel goed te zitten. Nadat Vivendi een dag eerder nog aangaf dat de referentieprijs voor een aandeel UMG €18,50 zou zijn (wat de waarde van het bedrijf op €33,5 miljard ($39,3 miljard) zou brengen), kwam opende het aandeel bij de daadwerkelijke beursgang op €25,25 ($29,63). Daarmee bleek UMG nog een derde meer waard dan verwacht, namelijk €46,3 miljard ($54,5 miljard). In de loop van de dag haalde het aandeel een piek van €26,45 ($31,00), met een slotnotering van €25,10 ($29,43), 36,5% meer dan de referentieprijs. Na een volle dag op de beurs was het bedrijf dus €45,5 miljard ($53,3 miljard) waard.
Miljoenenbonus
Waarschijnlijk popte Lucian Grainge – de CEO en bestuursvoorzitter van UMG – ’s avonds een flesje champagne open. Uit het eerder gepubliceerde prospectus (pdf) was al gebleken dat hij een bonus van $150 miljoen tegemoet kon zien voor het klaarstomen van het bedrijf voor de beursgang. Daar kwam nog een toeslag bij van 1% over elke dollar die UMG meer waard zou blijken dan $30 miljard. De daadwerkelijke waarde bleek dus $54,5 miljard, wat Grainge eenmalig nog eens $245 miljoen(!) extra opleverde. Een astronomisch bedrag natuurlijk, maar bedenk je daarbij wel dat de waarde van UMG het afgelopen decennium onder zijn leiding vervijfvoudigd is.
Blavatnik casht
In de slipstream van het vertrouwen dat bleek uit de waardering van de grootste muziekmajor, steeg ook de beurswaarde van concurrent Warner Music Group, de derde major. Die groeide dinsdag naar $26,4 miljard. Daarmee kostte een aandeel WMG toen $45,00, oftewel 11,8% meer dan de slotkoers van maandag. Je kunt het Len Blavatnik’s Access Industries, de meerderheidsaandeelhouder in WMG, niet kwalijk nemen dat het gelijk 2,34 miljoen aandelen verkocht, met een waarde van $105 miljoen. Geld dat uiteraard in Blavatniks zakken vloeit en niet ten gunste komt aan Warner Music.