Eind vorig jaar schreef ik voor Emerce dit achtergrondverhaal over online muziekexploitatie. Het blad is afgelopen weekend verschenen. Omdat aan de papieren pagina’s van een offline magazine nu eenmaal fysieke begrenzingen zitten, kun je lang niet alle interessante teksten van geïnterviewden kwijt. Sterker: soms moet besloten worden een bijdrage helemaal te laten vervallen. Zo is in dit geval helaas een kader gesneuveld, waarin Sena-directeur Markus Bos de rechtenkwesties omtrent online exploitatie belichtte. Dat kan gebeuren. Hieronder laat ik hem alsnog aan het woord…
Sena is de Stichting ter Exploitatie van Naburige Rechten en komt op voor de belangen van uitvoerende artiesten en producenten (muziekmaatschappijen), oftewel de makers van muziek. Sena wordt vaak op een hoop gegooid met Buma/Stemra, maar B/S houdt zich bezig met auteursrecht en komt op voor de belangen van componisten, tekstdichters en muziekuitgevers, oftewel de bedenkers van muziek. “Het naburig recht behelst het ‘openbaar maken van voor commerciële doeleinden uitgebrachte fonogrammen’”, legt Bos uit. Auteursrecht.nl stelt: ‘Bij openbaar maken gaat het om het beschikbaar stellen van het werk of van een verveelvoudiging ervan aan het publiek. Zo zijn bijvoorbeeld het uitzenden, tentoonstellen, laten horen, opvoeren, uitvoeren, vertonen, in druk laten verschijnen, verkopen en uploaden op internet vormen van openbaarmaking’. Volgens Bos gaat het in veel gevallen van online muziekgebruik echter om een ‘on demand’-situatie. “Die kun je vergelijken met de thuissituatie, dus dan is er geen sprake van openbaarmaking. Het grootste deel van de diensten die Spotify levert, valt daaronder. Maar de radiofunctie is wel weer een vorm van openbaarmaking en het is een interessante discussie of het delen van playlists dat eigenlijk niet ook is.”
Voor wat de auteursrechten betreft, wordt muziek via de muziekmaatschappijen aan de onlineplatforms gelicenseerd. Op dit moment moeten hiervoor met alle labels apart afspraken gemaakt worden. Wie een radiostation begint, kan dat echter via één loket regelen. D66 heeft ervoor gepleit dit radiomodel ook voor online exploitatie te hanteren en dat noemt Bos ‘een interessante gedachte’.
Wat de Sena-directeur betreft zou de verschuiving van fysieke naar online-exploitatie voor de artiest alleen moeten betekenen dat de distributievorm verandert en dat er meer mogelijkheden ontstaan om inkomsten te genereren. “Feit is echter dat de verkoop van fysieke producten sterker daalt dan de online-inkomsten stijgen. Van compensatie is dus geen sprake. Nederland loopt hiermee overigens ver achter op andere landen, waar de onlinemarkt vele malen groter is. Op termijn verwacht ik dat, als er meer platforms komen en de aantallen gaan groeien, er een gezondere situatie zal ontstaan.”
Gevraagd of de artiest beter of slechter af met de nieuwe mogelijkheden, antwoordt Bos: “Ervan uitgaande dat het inkomen van artiesten meebeweegt met dat van de maatschappijen heeft er een behoorlijke kaalslag plaatsgevonden. We staan wel op een omslagpunt. Het legale aanbod neemt toe, en kan nog veel verder stijgen als het illegale aanbod wordt ingekapseld. In 2010 kwam slechts 9% van de Nederlandse muziekomzet voort uit digitale verkopen, dus er ligt een enorm potentieel.” Hij memoreert daarbij dat de dekking van internet vrijwel 100% is en ook mobiel naar streaming muziek geluisterd kan worden. “Ik verwacht dan ook dat streaming de grootste vlucht gaat nemen, omdat mensen dan geen dragers meer nodig hebben. De marges zijn daar echter laag, dus voor onze aangeslotenen is dat alleen aantrekkelijk bij hoge volumes.”
Bos omschrijft de missie van Sena als ‘ervoor zorgen dat partijen die muziek als grondstof hanteren een reële prijs per track betalen’. “Daarbij willen wij muziekgebruik niet verhinderen maar juist stimuleren, om zo hogere volumes te bereiken en de omzetten te maximaliseren voor de artiesten en de labels.” Hij zegt dat Sena daarbij nadrukkelijk zoekt naar gezamenlijke oplossingen met de gebruikers van muziek. “Dat zijn immers degenen die de rekeningen betalen.”
In deze miniserie als aanvulling op het Emerce-artikel komt morgen Stefan Blonk (AT Management) aan het woord. Donderdag krijgt Thomas van Wijk (Songflow) de ruimte.