Vorig jaar was de conclusie van een van de panels op de Eurosonic Noorderslag-conferentie: ‘De platenzaak is dood’. En als je dat maar hard genoeg roept, gebeurt het ook. Dus waarom zou het niet andersom kunnen? Als je hardop, eerlijk en constructief nadenkt over mogelijkheden voor muziekwinkels in de toekomst, waarom zou dat dan niet uit kunnen komen? De voorbeelden zijn er al: sommige winkels sluiten, maar er zijn ook ondernemers die juist nu een muziekzaak beginnen.
De bedoeling van dit panel is de doemscenario’s even te laten voor wat ze zijn en een uur lang te brainstormen over de voorwaarden waaraan de muziekwinkel van de toekomst moet voldoen. Daarbij laten we ons niet hinderen door zaken die in het verleden onmogelijk (b)leken. De (entertainment)wereld ziet er vandaag immers heel anders uit. Alles is bespreekbaar.

Afgesproken wordt de volgende onderwerpen aan de orde te laten komen:

  • Locatie
  • Assortiment
  • Personeel
  • Beleving
  • Samenwerking
  • Daar doorheen lopen uiteraard de consumenten en artiesten

Deelnemers:
Dick van Dijk (Concerto/Plato)
Mark Kneppers (vinylspecialist)
Marlein Parlevliet (Record Store Day)
Anouk Rijnders (Record Industry)
Roy Teysse (Universal Strategic Marketing)
Voorzitter: Werner Schlosser (Werner Bros.)

Woord vooraf: hoewel de insteek van de discussie 100% opbouwend is, moeten we niet de ogen sluiten voor de realiteit. Zo verwacht GfK Retail and Technology dat in 2011 een kwart minder aan muziek verkocht is als in 2010 en sluiten uitgerekend dit weekend de Plato-winkels in Apeldoorn en Enschede hun deuren. Daarmee zijn nu nog zeven filialen over, inclusief Concerto.
Plato en Concerto hebben samen 3-4% van de markt, meldt Van Dijk. “Dat percentage stijgt, omdat er om ons heen steeds meer winkels sluiten. De winkels die wij vandaag sluiten, droegen bijna niets meer bij aan de omzet, dus wat dat betreft zullen we nauwelijks terugzakken. Sterker: Plato Groningen heeft afgelopen jaar €1000,- geplust. Het is maar €1000,-, maar wel een plus.”

Volgens Teysse moet ook de aanvankelijke sluiting van de FAME megastore in het juiste perspectief worden bezien. “Die blijken, ook door allerlei acties die ze hebben gedaan, 37% geplust te hebben vergeleken met 2010. Vandaar ook de doorstart. Het is dus niet overal kommer en kwel.”
Dat geldt al evenmin voor Universal Music zelf: “De afdeling Strategic Marketing heeft vorig jaar €1,2 miljoen méér aan catalogusproduct verkocht dan in 2009, een stijging met 11%. Universal als geheel heeft op het gebied van fysiek product iets geplust en digitaal steeg met 47%. Dat ligt in lijn met de totale markt. Toch is digitaal nog maar 15% van onze totale omzet. Onze vinylomzet bedroeg €1 miljoen.”

Vinylperserij Record Industry zit eveneens in de lift. “Bij ons bedroeg de stijging 25%”, aldus Rijnders. “We hebben afgelopen jaar 3,5 miljoen platen geperst die over de hele wereld verkocht zijn.”
Van Dijk meldt dat de stijging van de vinylverkopen bij Plato en Concerto ook tussen de 20 en 30% zal uitkomen. “Buiten dat zijn we een half jaar geleden begonnen ons meer te profileren als verkooppunt van Project draaitafels en we staan nu al in hun top 3 van wederverkopers.”

Locatie
Naar aanleiding van de sluiting van Plato Enschede zei bedrijfsleider Petrushka Morsink tegenover 3VOOR12: “De huren in het centrum zijn extreem hoog, daarom is er zoveel leegstand.” De vraag is dus: moet je als zelfstandige muziekwinkel nog wel in het centrum van de stad willen zitten? Dick van Dijk vindt van niet: “Voor een muziekwinkel zoals wij die voeren, is een A1-locatie absoluut buiten proporties. A2 of een goede B-locatie is voor ons perfect.” Plato Utrecht verhuisde van het centrum naar net daarbuiten, met een positief gevolg: “Een iets lagere omzet, maar een beter resultaat.”
Mark Kneppers beaamt dit: “Ik heb twee winkels net buiten het centrum van Leiden geopend. In eerste instantie was dat een experiment, maar nu komen mensen vanuit België, Duitsland en zelfs Rusland erheen. Ons assortiment genereert veel mond-tot-mondreclame, ook via internet, waardoor mensen van over de hele wereld ons weten te vinden.”

Ook internet kun je zien als een (digitale) locatie. Daarover zei Petrushka Morsink: “We zijn compleet kansloos tegenover bol.com. We kunnen niet opboksen tegen zulke levertijden en lagere prijzen.” Van Dijk is dit niet helemaal met haar eens, maar is wel van mening dat een eigen webshop verplichte kost is, ook voor zelfstandige muziekwinkels. Plato en Concerto hebben er ook een. “Wij kunnen met onze fysieke winkels uitstekend tegen de prijzen van bol.com op. Je kunt alleen niet op tegen het assortiment dat bol.com zegt te hebben. Wij hebben in Concerto de grootste verzameling vinyl van Nederland, maar bol.com adverteert ermee dat zij dat hebben. In werkelijkheid bieden ze alleen de catalogus aan. Mede om die reden zijn wij onze eigen webwinkel gestart.” De stijging van die online shop maakt de daling van de fysieke winkels niet goed, maar Van Dijk zou niet meer zonder willen en kunnen. “Je moet een webwinkel hebben om te kunnen laten zien wat je allemaal kunt leveren, acties te doen en mensen de keuze te geven of ze het product willen komen halen of laten opsturen.”

Een tussenvorm biedt Plato ook: sinds de sluiting van het filiaal in Apeldoorn bestaat het nieuwe concept Plato To Go. Dat houdt in dat consumenten de producten die ze bij de webwinkel besteld hebben, kunnen ophalen bij het Apeldoornse poppodium Gigant! De in de zaal aanwezige Paulus Tops, zelf ex-muziekwinkelier vindt dit ‘een briljant idee’ en zou graag zien dat in alle popzalen die daar heil in zien, zo’n afhaalpunt komt. Van Dijk geeft aan dat verschillende zalen inderdaad al interesse getoond hebben.
Maar is het idee dat mensen de moeite gaan doen om een online besteld product zelf te gaan ophalen niet erg ‘web 1.5’? Van Dijk denkt van niet. “De reacties zijn vooralsnog erg positief. We kregen zelfs al de opmerking dat we dit ook voor andere winkels zouden moeten gaan faciliteren, maar dat is niet onze core business.”

Is het omgekeerde dan denkbaar? Aan bijvoorbeeld bol.com of docdata vragen een ‘white label webshop’ te leveren in de look & feel van de zelfstandige muziekwinkel, waarbij bol/docdata de hele handeling doet? Van Dijk vindt dat voor Plato niet interessant, ‘maar ik kan me van een klein label voorstellen dat het interessant is om voor die paar releases de afhandeling door bol.com te laten doen’.

Volgens Roy Teysse is een webshop inderdaad een ‘must’: Hij noemt de ‘boxavonden’ van FAME als voorbeeld. “Dan bieden ze een goede selectie boxsets tegen hele gunstige prijzen aan. Mensen kopen er vaak meerdere boxen tegelijk. Die actie zou je heel mooi aan een webshop kunnen koppelen, maar FAME heeft alleen een informatieve website. Ik vind dat een gemiste kans.”
Ook Sounds in Tilburg heeft slechts een site met redactionele content. Medewerker Jan Kinds zegt vanuit de zaal dat de winkel niet de financiële middelen heeft om een onlinefiliaal te realiseren. Zich op een white label-achtige manier aansluiten bij bijvoorbeeld Plato of bol.com is geen optie omdat eigenaar Maarten Koehorst graag in alles zelfstandig wil blijven. De suggestie van Anouk Rijnders om de verkoop via Discogs te laten lopen, lijkt Kinds echter een goed idee.

Assortiment
Wat is voor zelfstandige muziekwinkel de beste strategie: je assortiment uitbreiden met andere producten of je specialiseren in één productgroep of genre? Dick van Dijk zegt dat het een sluit het ander niet uitsluit. “Wij kunnen in principe alles leveren, maar pretenderen niet alles in de winkel op voorraad te hebben. Daar staan de mooiste dingen van het moment en de beste aanbiedingen. Online is dat uiteraard anders.” Op de vraag of eventuele nieuwe productgroepen voor zelfstandige muziekwinkels wat hem betreft entertainment gerelateerd moeten zijn, antwoordt hij bevestigend. “Voor ons is muziek altijd het uitgangspunt, maar we verkopen ook graphic novels en films. Een Plato wordt nooit een AKO-boekwinkel, postershop of wat dan ook. Ook een shop-in-shopformule spreekt mij niet aan. Ik doe het liever zelf.”

De door Anouk Rijnders al gesignaleerde stijging in vinylverkopen biedt ook kansen, want de rek is daar volgens Roy Teysse nog niet uit. “Er zijn veel producten waar interesse in is, maar die niet verkrijgbaar zijn. Het is een kwestie van beschikbaar stellen en dan zie je ook dat het verkoopt. Universal, Sony, Music On Vinyl (gespecialiseerd vinyllabel, WS) en Record Industry doen op die manier al goede zaken en je zult zien dat ook EMI en Warner straks gaan volgen.”
Mark Kneppers spreekt echter de zorg uit dat het product te duur zal worden aangeboden. De gemiddelde prijs van een LP ligt volgens Teysse nu rond de €20,-. Uit een rondvraag wat een classic album op 180 grams vinyl mag kosten, komt een bedrag van €12,- tot €15,-. De vraag is echter of het voor die prijs te produceren is. “Niet in kleine oplagen”, aldus Rijnders. “De verpakking moet ook mooi zijn en dat kost geld om te maken.”
Van Dijk denkt dat het een kwestie van tijd is totdat er een midprice-serie op vinyl komt. “Dat heeft alleen maar met volume te maken. Ik denk dan aan 50 of 100 classic albums voor een tientje, meer niet.” Teysse zegt toe zich er hard voor te maken dat later dit jaar een dergelijke serie, liefst met repertoire van meerdere majors, zal verschijnen. In eerste instantie exclusief voor popspeciaalzaken.

Marlein Parlevliet weet dat Record Store Day een duidelijke piek in de vinylverkopen veroorzaakt. Kan dat effect niet worden vergroot door het hele jaar bijzondere uitgaven exclusief via muziekwinkels te verkopen? Parlevliet antwoordt hierop dat diverse platenzaken inderdaad met de maatschappijen in gesprek zijn om door het jaar heen meer speciale releases uit te brengen.

Personeel
Omwille van de tijd wordt besloten dit onderwerp slechts kort te behandelen. Het mag bekend verondersteld worden dat deskundig en klantvriendelijk personeel een van de manieren is om je als specialist te onderscheiden.

Beleving
Kun je met de muziekwinkel zoals die nu nog (meestal) bestaat de toekomst in? “Nee,” is het stellige antwoord van Teysse. “De winkel moet meer een ontmoetingsplaats worden, waar je ook muziektijdschriften kunt lezen en met gelijkgestemden van gedachten kunt wisselen. Het is heel belangrijk dat je de mensen bezighoudt terwijl ze binnen zijn, zodat ze een reden hebben om te blijven. Je ziet steeds vaker horeca geïntegreerd worden.”
Dat daar dan wel goed over nagedacht moet worden, blijkt uit een voorbeeld dat Marlein Parlevliet geeft. “VelvetMusic in Leiden (de winkel van haar vader Hans, WS) had naar voorbeeld van Rough Trade in Londen een koffiecounter voorin de zaak geplaatst. De consumenten dachten daardoor echter dat Velvet weg was en er een koffiebar voor in de plaats was gekomen. Dat zag je in de bezoekersaantallen terug.”

Hoe houd je mensen dan binnen of hoe krijg je ze überhaupt over de drempel? Anouk Rijnders heeft deze ochtend een store check gedaan bij zes platenzaken in Groningen. “Er was er maar een waar ik wel wilde blijven en dat was Plato. Bij andere was de etalageruit volgeplakt waardoor je niet naar binnen kon kijken, kwam de muziek uit een slechte installatie waardoor het nergens naar klonk of zat een medewerker shag rokend achter zijn desk.”

Parlevliet weet dat de combinatie platenzaak/live optredens heel goed werkt. Dat kan op verschillende manieren: eind vorig jaar startte Rotown Records in Rotterdam, waar de winkel onderdeel is van het poppodium. En begin februari opent Suburban Records in Haarlem, een winkel van het gelijknamige muzieklabel, waar ook een podium in komt. Dick van Dijk voegt daar nog een paar mogelijkheden aan toe: Plato doet instores, maar organiseert in verschillende steden ook eigen festivals, organiseert optredens in popzalen, verzorgt fysieke verkoop bij concerten en op festivals en regelt daar signeersessies. Het is volgens Parlevliet geen probleem daarover afspraken te maken: “Artiesten zijn erg betrokken bij platenzaken en voelen daar een sterke band mee. Daardoor is iedereen bereid aan dat soort initiatieven mee te werken.”

Tot slot pleit Rijnders voor andere openingstijden, zodat winkels ook ’s avonds open zijn.

Samenwerking
Parlevliet is teleurgesteld in de medewerking die zij m.b.t. Record Store Day kreeg van de muziekmaatschappijen. “Wij hebben op RSD 200 releases uitgebracht. Ik heb heel erg moeten leuren bij de platenmaatschappijen om dat voor elkaar te krijgen, terwijl het alleen maar ging om het uit het buitenland halen van die producten. Van Nederlandse producten was al helemaal geen sprake. Roy Teysse zegt toe bij de volgende editie (op 21 april, WS) te zullen helpen een paar goede titels te selecteren en in samenwerking met de lokale afdeling binnen Universal voor elkaar te krijgen dat daarvoor toestemming komt.
Toch begrijpt Parlevliet niet waarom zij alle initiatief moet nemen, terwijl RSD de maatschappijen aan extra omzet helpt. Wat is voor een muziekmaatschappij nog de waarde van een platenwinkel? Teysse geeft toe dat RSD binnen de muziekindustrie onvoldoende leeft en dat de maatschappijen er meer aan zouden moeten doen. Hij zal zich daar binnen NVPI-verband hard voor maken.

Vorig artikel‘De publieke omroep en talentontwikkeling’ (verslag Eurosonic Noorderslag-panel)
Volgend artikelArtikel: Online muziekbusiness: wie verdient wat?

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in